Het Plattelandsontwikkelingsprogramma (POP3) is het derde Europese subsidieprogramma ter financiering van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) voor het ontwikkelen, verduurzamen en innoveren van het Nederlandse platteland. Het POP3 loopt van 2014 tot en met 2020 met uitfinanciering tot 2023. Het POP3 is een nationaal programma. Noord-Holland beschikt binnen dit programma over € 58,3 miljoen aan Europese middelen. Van dit bedrag is € 35,7 miljoen bestemd voor regelingen waarvoor de reserve Europese landbouwprojecten is bedoeld. Het overige bedrag (22,6 miljoen) betreft agrarisch natuurbeheer uit de portefeuille Natuur. De provincie draagt voor deze POP3-periode circa € 12 miljoen bij voor de uitvoeringskosten en cofinanciering van projecten.
De jaarlijkse uitvoeringskosten zijn voor de subsidieverlening, afwikkeling en verantwoording naar Brussel, door de Rijkdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl), kosten van controles door de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit en de kosten voor het Regiebureau POP. In de periode 2016-2019 zijn vooral subsidies verleend en kosten betaald voor RVO.nl. In 2019 heeft vrijwel al het beschikbare subsidiegeld een bestemming gekregen. In de periode 2020-2023 ligt daarom de nadruk op subsidiebetalingen. In 2020 worden alleen nog subsidies verleend voor de Regeling Jonge Landbouwers. Cofinanciering van projecten komt ook uit andere provinciale reserves en van waterschappen en gemeenten. Voor lopende projecten waarvan de subsidie in voorgaande jaren is verleend vinden termijnbetalingen plaats. Het Regiebureau POP is het landelijk secretariaat voor de uitvoering van het POP (zie www.regiebureau-pop.eu) en voor het Comité van Toezicht. Door de actieve houding benut de provincie Noord-Holland ten volle de subsidiemogelijkheden die het programma biedt. Het is belangrijk dat de provincie meer inzicht krijgt in de mogelijke sturingsmogelijkheden op de uitvoeringskosten van RVO.nl, de voortgang van projecten en daarmee de betalingen van de subsidies om de risico’s op onderbesteding van de Europese middelen te verkleinen. In 2019 zijn de voorbereidingen gestart voor de nieuwe periode van het GLB 2021-2027, afspraken hierover worden in 2020 gemaakt.

Geen.